De onderneming om in Cusco te komen

We hadden een plan gemaakt in Lircay. We zouden niet langer wachten totdat Stijn hersteld zou zijn om dan weer de PGD te hervatten. We hadden het mooiste deel al gedaan en het regenseizoen zat ons op de hielen. Daarbij hadden al onze nieuwe vrienden de PGD al afgeblazen en waren heerlijk aan het genieten in Cusco van alle lekkere eettentjes die daar zijn. Cusco is de meest toeristische stad van Peru vanwege het feit dat het relatief dicht bij Machu Picchu ligt. Aangezien toeristen vooral lekker willen eten en drinken is er in Cusco dus vollop keuze aan hippe eettentjes. Perfect om te herstellen dus.

Eerst moesten we nog in Cusco zien te komen vanuit Lircay. Er reed geen directe bus en dus moesten we eerst met een auto naar een andere stad om vanuit daar de bus te pakken. Voor ons een spannende onderneming, want ons meest kostbare bezit, onze fietsen, moesten dus op het dak van een auto gebonden worden en daarmee moesten we dan onverhard door de Andes gaan rijden. De chauffeur leek dit geen enkel probleem en overtuigde ons om in te stemmen met zijn manier. Samen tilden we de fietsen op het dak, frutten onze bagage onder de fietsen ter bescherming en bonden met touwen de fietsen vast aan het dak. Een van ons beide moest een traantje laten vanwege de spanning en het slechte vertrouwen in deze manier van de fietsen transporteren. Helaas hadden we geen andere optie en besloten toch maar te gaan rijden. Het werd een lange rit van 4 uur in de auto. Halverwege de rit stapten er opeens nog 4 passagiers in waardoor we alle comfort van de eerste 2 uur verloren. Opgekropt als sardines in een blik zaten we de laatste 2 uur uit, de fietsen hadden het waarschijnlijk beter.  De auto bracht ons naar Ayacucho vanuit waar we een nachtbus naar Cusco konden pakken. De immodium was bij Stijn inmiddels weer uitgewerkt dus we kwamen precies op tijd aan bij de busterminal en van het toilet werd gretig gebruik gemaakt. We konden nog kaartjes kopen voor een bus van diezelfde avond en werden weer wat vrolijker, omdat we niet nog een dag in Ayacucho zouden hoeven wachten. Bij het inladen van onze fietsen kregen we aan de stok met de buschauffeur. We moesten de buschauffeur direct betalen voor de fietsen en hij vroeg 2.5x de prijs die het normaal was. Wij gingen hier natuurlijk niet mee akkoord maar hadden al geld aan hem gegeven en hij wilde geen wisselgeld terug geven. Na een korte woordenwisseling besloten we het erbij te laten en in de bus te gaan zitten. Het zou sowieso een hele lange rit worden, want er stond 15 uur voor deze reis. Uiteindelijk werd het 17 uur. Wat de reis gevoelsmatig alleen nog veel langer maakte was de buikloop, waar Maartje opeens ook last van ging krijgen. Het werd een wedstrijdje benen gekruist houden en aan andere dingen denken dan naar de wc gaan. De bus had wel een toilet, maar vanwege de onverharde wegen en haarspeldbochten, was die voor ons gevoel echt het laatste redmiddel waar we naar wilden grijpen. De volgende dag op een bergpas moesten we noodgedwongen stoppen, omdat het verkeer vast stond vanwege een bus die verderop een lekke band had. Na een kwartier stil te staan besloten we naar buiten te gaan en kwamen we er achter dat we vlak bij een tankstation waren met en toilet. Niet wetend hoe lang de bus nog stil zou staan, besloot maartje het erop te wagen en een bezoek aan het toilet te brengen. Na een minuut of 2 begon de verkeersstoet te bewegen en rende Stijn naar de toiletten. Maartje kon het niet waarderen, dat ze moest opschieten en reageerde geïrriteerd op de opjuttende waarschuwingen van Stijn. Stijn kreeg het steeds warmer, want alle spullen inclusief paspoorten, pinpassen en fietsen zaten in de bus. Natuurlijk werd zijn grootste angst waarheid en begon de bus weg te rijden. Schreeuwend naar Maartje rende hij terug naar de bus. Dit geschreeuw had wel effect, Maartje kwam struikelend met haar broek op der enkels het wc’tje uit en holde achter Stijn aan. Onze grote vriend de buschauffeur was nog wel zo vriendelijk geweest de deur open te laten en dus konden we al rennend de bus in springen. Beide hadden even een paar minuten nodig om van de schrik te bekomen. Bij de volgende stop ging Stijn voor de bus staan, zodat die niet weg kon rijden. Dit trucje leek te werken en hebben we tot Cusco herhaald.

Eenmaal in Cusco


In Cusco verbleven we in hetzelfde hostel als onze fietsvrienden Colin (BE), Tucker (CAN) en Ada & Dave (AUS). In Cusco stond vooral eten, drinken en antibiotica centraal. Na ongeveer 4 weken hoog in de Andes te hebben gezeten met vooral rijst, pasta en kip, was het tijd om onszelf even goed in de gastronomische watten te leggen. De antibiotica die Stijn moest slikken mochten gecombineerd worden met alcohol, de wind zat ons eindelijk eens in de rug. De dag dat we aankwamen bracht Stijn als eerste zijn fiets naar de fietsenmaker. De voorvork van Stijn was 2,5 week eerder namelijk gescheurd. Na contact gezocht te hebben met de fabrikant, kreeg Stijn onder garantie een nieuwe voorvork en logistiek was het het handigste om die naar een fietsenmaker in Cusco te sturen. Nadat de fiets was weggebracht en de antibiotica was gehaald, kon het eten en drinken beginnen. In willekeurige volgorde hebben we over de verschillende dagen in Cusco crêpes, pizza, pasta, lasagne, indiaas, falafel, diverse luxe sandwiches, cocktails, gluhwein, bier en divers Peruaans streetfood gegeten. Eigenlijk ontbrak alleen nog de erwtensoep om de wereldkaart vol te maken.  In Cusco lagen de prijzen wel een stuk hoger dan dat we tot nu toe in Peru (excl Lima) hebben gezien. Betalen we normaal rond de €2.5 tot €3,- voor soep + hoofdgerecht, was dit in Cusco rond de €10 tot €12. De kwaliteit was alleen ook wel een stuk hoger en we hadden het idee dat we dit verdiend hadden.
In Cusco dronken we ook onze eerste Pisco Sour, de bekende Peruaanse cocktail. Hij viel zo goed in de smaak dat er nog twee rondjes volgden, waardoor we heerlijk roesig konden gaan slapen. 

Wat ons al eerder was opgevallen, was dat je je op straat in Peru, tegen betaling van €0,25 jezelf kon wegen. Na 4 weken fietsen, ziek zijn en vooral rijst eten, waren we wel benieuwd wat ons gewicht zou zijn. Door de losser zittende broeken en BH hadden we al het vermoeden dat we waren afgevallen, maar wat deze weegschaal liet zien overtrof elke verwachting. Maartje had jn een maand 10 kg verloren en Stijn maar liefst 13 kg, dit was zelfs nog incl. kleren. Dit kon niet waar zijn en in het hostel konden we opnieuw met een betrouwbare weegschaal wegen en kwam het neer op 4kg voor Maartje en 6 kg voor Stijn. Mochten mensen geïnteresseerd zijn in het merk van de eerste weegschaal, stuur dan even een DM of laat je naam achter in de comments. 

Na 3 dagen Cusco was het tijd om een uitstapje te maken naar Machu Piccu, de oude verloren en weer teruggevonden Inca stad. De stad was niet zonder reden verloren gegaan, want het ligt echt verschrikkelijk afgelegen bovenop een stijle berg. Om er te komen zijn er twee manieren, de luxe snelle manier in 4 uur op je gemakje met de trein vanuit Cusco (~€150,- per persoon), of de skere oncomfortabele manier met een minivan 7 uur opgepropt over onbegaanbare wegen (~€17,- per persoon) en dan nog 10km langs het spoor wandelen door een bos van bomen en muggen. Wij besloten de hand op de knip te houden en voor de laatste optie te gaan. S’ochtends vroeg werden we om 6.30 uur opgehaald en reden we inderdaad in 7 uur naar het laatste plaatsje waar je nog met de auto kon komen voor de voet van Machu Picchu. Het is bijna onbegrijpelijk hoe zo’n toeristische trekpleister zo slecht te bereiken is met de auto. De weg was de laatste 3 uur onverhard, smal en stijl. Af en toe was het bijna eng om naar buiten te kijken, maar we hebben het veilig gehaald. Waarschijnlijk is de reden dat het met de auto zo slecht te bereiken is omdat de meeste toeristen niet zo skeer zijn en lekker met de trein gaan. Nadat we waren aangekomen begonnen we met goede moed aan onze wandeltocht langs het spoor. Af en toe moesten we over het spoor lopen om een riviertje over te steken of omdat het simpelweg zo dicht begroeid was, dat er geen andere plek was om te lopen. In Nederland had dit nooit gemogen. Het was heerlijk om eindelijk weer eens bomen te zien en een natuur met een heel andere vegetatie. Wat we toen nog niet doorhadden, was dat deze lagere ligging, warmere temperatuur en vochtigere lucht ook weer uitermate geschikt is voor muggen. Tijdens onze fietstocht door de Andes hebben we geen mug gezien, hier helaas genoeg. Al snel kwamen we hier achter, maar was het al te laat, onze armen en benen zaten helemaal onder. Stijn was door zijn allergische reactie al wel wat jeuk gewend en kon er aardig mee omgaan, Maartje had er meer moeite mee en krabte als een kind met extreme exceem. Na 2 uur kwamen we aan in Aqua Calientes, het plaatsje dat in de vallei aan de voet van de berg van Machu Picchu uit de grond is gestampt om alle toeristen te herbergen. Aangezien Machu Picchu Unesco erfgoed is wordt de toegang en het aantal toeristen streng gecontroleerd. Per dag mogen er zo’n 4.500 mensen naar binnen, 3.500 kaarten worden van tevoren online verkocht en 1.000 kaarten worden de dag ervoor fysiek aan het loket verkocht. Om kans te maken op 1 van die 1.000 kaarten moest je eerst op vertoon van je paspoort een nummer krijgen. Nummer 1 wordt s’ochtends uitgedeeld aan de eerste persoon in de rij vanaf 6.00 uur s’ochtends en zo gaat het door totdat nummer 1.000 is uitgedeeld, de rest in de rij heeft dan pech en kan het morgen vanaf 6.00 uur weer proberen. Hoe lager je nummer hoe eerder je aan de beurt bent om een kaartje te kopen. In totaal zijn er 10 verschillende routes door Machu Picchu. De een korter en wat hoger door het dorp, de ander langer en door het hele dorp. Per route zijn er natuurkijk ook een gelimiteerd aantal kaarten. Dit gelimiteerde aantal kaarten zijn dan ook weer per blokken van een uur verdeeld tussen 6.00 - 15.00 uur. Wil je dus een uitgebreide route doen op een fijn tijdslot dan is het zaak om een laag nummer te krijgen. Wij kwamen aan rond 16.00 uur en gingen meteen in de rij staan. Vrienden hadden een paar dagen eerder dezelfde reis als wij ondernomen en hadden nog een redelijk goed nummer weten te bemachtigen toen ze ook om 16.00 uur in de rij gingen staan. Helaas was voor ons dit geluk niet weggelegd. Toen we bijna helemaal vooraan  in de rij stonden, er stonden nog 5 mensen voor ons, werd er opeens zonder opmerking niemand meer toegelaten in het gebouw van de nummers. Op dat moment snapten wij het systeem nog niet heel goed en bleven dus vol goede moed wachten, ze hadden vast even koffiepauze. Na een tijdje begon de rij toch wat onrustig te worden en kwam een bewaker ons vertellen dat er vandaag geen nummers meer werden uitgedeeld en dat we het morgen nog een keer moesten proberen. Maartje en ik probeerde met ons halfbakken Spaans en Hollandse charme de bewaker nog over te halen om ons binnen te laten, maar dat had weinig succes. Wel kregen we nog zijn gratis advies. Hij vertelde ons dat de eerste mensen al om 4.00 uur in de rij gaan staan om dan te wachten totdat de deur om 6.00 uur open gaat om het beste nummer te krijgen. Voor ons was dit even een tegenslag, want we hadden geen zin om de volgende dag zo vroeg op te staan en dan daarna de hele dag in dit plaatsje te besteden, om dan de volgende dag weer vroeg (4.30 uur) op te staan om de hike naar Machu Picchu af te leggen, om om 6.00 uur als eerste en enige toerist dit moderne wereldwonder te aanschouwen. Om deze tegenslag te verwerken was er maar een oplossing, door naar de fles te grijpen. Binnen de kortste keren was alle mentale sores weer verdwenen. Daarnaast kwam er nog een onverwacht hoogtepunt die avond. In Peru is cavia (cuy) namelijk een grote delicatesse en we hadden het al vaak op de kaart zien staan maar nog niet de morele beslissing durven maken om het te bestellen. Een bekend bijkomend voordeel aan alcohol drinken is dat je opeens een stuk makkelijker over dit soort zaken denkt en ook sneller een beslissing kan maken. Vanavond aten we dus cavia. Qua smaak heeft het veel weg van kip alleen dan met een wat dikkere en vettere huid. Erg smakelijk. 


De volgende ochtend stonden we om 4.45 uur s’ochtends in de rij om een goed nummer te bemachtigen. De rij was al tientallen meters lang met mensen die op de grond zaten te chillen. Wij sloten netjes achteraan en begonnen wat beleefdheidspraatjes met de mensen voor en achter ons. Om 6.00 uur gingen de deuren binnen en werden we keurig netjes als een soort lange slang door het gebouw heen geleid door de bewaking. Uiteindelijk zouden we nummer 191 en 192. Hierna gingen we nog weer even terug in bed om nog een uurtje bij te slapen.

De rest van de dag werd leuker dan we vooraf gedacht hadden. We begonnen met een lekker ontbijt met crêpes en gebak. Vanwege de enorme hoeveelheid toeristen kon je ook in Aqua Calientes erg goed eten. Daarna gingen we naar het Machu Picchu museum, waardoor we wat meer context van het hele gebeuren kregen. Na het museum bezochten we een vlindertuin en toen was het alweer tijd voor de lunch. Na de lunch konden we weer in de rij gaan staan, want het was tijd om daadwerkelijk ons kaartje te kopen om Machu Picchu in te mogen. Alle nummers 150 - 300 hadden zich op het plein verzameld en een voor een werden alle nummers door een bewaker door een megafoon opgelezen. Als een kind die eindelijk Disneyland naar binnen loopt, liepen wij met een brede grijns naar binnen nadat ons nummer was opgeroepen. Wederom werden we als een slang door het gebouw geleid en moesten op een rijtje gaan zitten totdat we aan de beurt waren om een kaartje te kopen. Na ongeveer een kwartier waren we aan de beurt. We hadden natuurlijk genoeg tijd om na te denken welke route we wilden en welk tijdslot. Onze nummer 1 keuze was route 2 (de meest uitgebreide) met tijdslot 6.00, zodat we met het minste mensen rond konden lopen. Toen we eindelijk aan de beurt waren, was er slechts nog 1 kaartje over voor 6.00 uur en dus besloten we om voor 7.00 uur te kiezen. Bijna euforisch liepen we naar buiten, het was eindelijk gelukt. Buiten kwamen we bij toeval nog 2 fietsvrienden tegen die we bij de start van de PGD hadden leren kennen. We gingen gezellig samen uit eten en om te vieren dat we kaartjes hadden, mochten we 7 toetjes bestellen. 
 

De dag dat we machu piccu dan eindelijk bezochten

 
Omdat we niet de kaartjes hadden weten te bemachtigen voor 6.00 uur, maar wel heel graag als eerste Machu Piccu in wilden, bedachten we een plan. De volgende dag zouden we gewoon om 4.30 uur in de ochtend beginnen met de klim naar Machu Picchu, zodat we als eerste aan zouden komen en dan de naïeve domme toerist spelen dat we het niet goed begrepen hadden en inspelen op de empatie van de bewaker. Dit plan kon niet mislukken. Zo gezegd, zo gedaan. De volgende dag dus weer lekker vroeg uit de veren en beginnen met wandelen. By far the meeste mensen gaan met de bus naar boven, maar daar waren wij natuurlijk te fit voor en konden dus een uur gaan traplopen. Ondanks dat het door de vroege ochtenduren nog lekker koel was, werd Stijns shirt steeds donkerder en donkerder van het zweet. Eenmaal boven gekomen kon je het shirt letterlijk uitwringen en een flesje vullen. Boven werd gelijk duidelijk dat ons geniale plan niet ging lukken. In de rij voor de kaart controle zagen we een handje vol toeristen omdraaien. Toen we vroegen wat de reden was, vertelden ze dat ze een kaartje voor 7.00 uur hadden. Er zat dus niks anders op dan ons verlies te nemen en een uur te wachten. Wachten om Machu Picchu te bezoeken was inmiddels second nature, dus dit uurtje kon er ook nog wel bij. 

Om 7.00 uur mochten we dan eindelijk naar binnen en werd het lange wachten en in de vele rijen stasn beloond. De ervaring die volgde stelde niet teleur. Natuurlijk kent iedereen Machu Picchu van de vele foto’s net zoals de foto’s hieronder. Maar in het echt is het nog vele malen mooier. De combinatie van de ligging op de top van een berg, omringd door andere spitse bergen, het hoogte verschil in het stadje zelf, de vele terrassen en het groene gras, maken het bijna een surrealistische maar prachtige gewaarwording. Alsof er een Pixar film dorpje in het echt is nagemaakt. Het begin van onze route was boven Machu Picchu waar we natuurlijk de classic foto hebben gemaakt met het dorpje op de achtergrond. Vervolgens daalden we af het dorpje in. Wij hadden geen gids bij ons, waar we achteraf spijt van hadden, maar konden wel bij diverse gidsen meeluisteren naar het verhaal. Het dorpje bestaat uit huizen, tempels, agrarische terrassen en andere gebouwtjes. De stenen van de gebouwen zijn zo bewerkt alsof ze naadloos in elkaar passen. Na ongeveer 2 uur hadden we de route afgelegd en was het weer tijd voor de afdaling. Vervolgens konden we weer 10 km langs het spoor lopen, waar er een busje op ons stond te wachten voor de 7 uur durende terugreis. Uiteindelijk kwamen we uitgeput terug aan in Cusco. De hele onderneming vergt best wat moeite, energie en wachten, maar is het meer dan waard. 
 

Uiteindelijk was het afbreken van de PGD om te herstellen jn Cusco een perfecte keuze. Heerlijke plek om weer bij te eten en fantastisch om Machu Picchu te bezoeken. We zijn weer helemaal fit en kunnen niet wachten om weer op de fiets te stappen, maar dat komt in de volgende blog.

Other stories

IMG 4734
Camino del Puma: Een 8-daagse tocht door bergen en woestijn.
Na tien dagen toerist spelen en herstellen van het ziek zijn, was het dan eindelijk weer tijd om de pedalen in te klikken en op avontuur te gaan. De zuidelijke route van de Camino del Puma wachtte op ons: 650 kilometer en 10.000 hoogtemeters richting La Paz, Bolivia. Hoe groot de kans zou zijn dat we pumas tegen zouden komen? Nihil. Maar één ding was zeker: deze acht dagen zouden weer een mega zwaar maar onvergetelijk avontuur worden. Ga met ons mee in de details van zandduinen, woestijnwarmte, ijzige nachten en onverwachte ontmoetingen.
PE Peru Day 40 1.277 km